Voorbij het prikkeldraad

Blog
Algemeen

Rond Bevrijdingsdag maakte ik een wandeling in en rond voormalig Kamp Westerbork. Om er even uit te zijn en even op mezelf te zijn in alles wat speelt in deze tijd. Het was een mooie dag op een ingrijpende plek. Het Herinneringscentrum is nu gesloten, maar over het terrein wandelen kan wel. Met de onvoorstelbare tegenstelling tussen het nog bewaarde grote huis van de kampcommandant en de kale lege barak voor de gevangenen. Met de kapotte treinrails en de treinwagon als symbool voor de 93 treinen vanuit Westerbork naar Auschwitz, Sobibor, Theresienstadt en Bergen-Belsen. Kamp Westerbork was ‘het voorportaal van de hel’.  

Ik was één keer eerder in Westerbork geweest, 14 jaar geleden, met onze oudste dochter. Voor haar eindopdracht van de Middelbare School wilde zij met een vriendin een vergelijking maken tussen Kamp Westerbork en Kamp Auschwitz. Verrassend vond ik dat toen, dat deze jonge meiden zo met de oorlog bezig waren. En ook mooi, hoe ook een nieuwe generatie wil leren van wat is geweest. Ik werd toen hun chauffeur en ben met hen beiden zowel naar Westerbork in Drenthe als naar Auschwitz in Polen gereden.

Nu ik weer in Kamp Westerbork rondwandelde dacht ik onwillekeurig ook terug aan Etty Hillesum. Juist in het afgelopen kerkelijk seizoen organiseerden wij een leerhuisbijeenkomst over haar, in het kader van 75 jaar bevrijding. Wij zouden ook een excursie maken naar het Etty Hillesum Centrum in Deventer. Maar toen kwam de coronacrisis. Die excursie houden wij tegoed.

Ik ben opnieuw onder de indruk geraakt van deze jonge Joodse vrouw. Over de keuzes die zij in de oorlog maakte, over haar eigenzinnigheid, over haar geloof in het goede, ondanks alles. Etty Hillesum is een tijd werkzaam geweest in Kamp Westerbork, voordat zij vandaar, samen met haar ouders en een broer, ook met zo’n treinwagon mee moest, op transport naar Auschwitz. Waar zij de dood vonden.

Haar brieven en dagboek uit de oorlog zijn een bijzondere herinnering aan wie Etty Hillesum was, haar kracht, haar kwetsbaarheid, haar ruime opvatting over relaties, haar geloof met een zeer persoonlijk godsbegrip, haar warmte en solidariteit, haar openheid en zorgzaamheid voor vele joodse lotgenoten. Zoals zij zelf schrijft: zij wilde ‘een pleister op vele wonden zijn’.

Eén van de meest indrukwekkende passages uit haar brieven vind ik een fragment uit haar brief uit Westerbork van 3 juli 1943: Ik wil alleen maar dit zeggen: de ellende is werkelijk groot en toch loop ik dikwijls, later op de avond, als de dag achter je in een diepte weggezonken is, met een veerkrachtige pas langs het prikkeldraad en dan stijgt er altijd weer uit mijn hart naar boven – ik kan er niets aan doen, het is nu eenmaal zo, het is van een elementaire kracht -: dit leven is iets prachtigs en iets groots, we moeten nog een hele nieuwe wereld opbouwen later – en tegen iedere wandaad te meer en gruwelijkheid te meer hebben wij een stukje liefde en goedheid te meer tegenover te stellen, dat we in onszelf veroveren moeten. We mogen wel lijden, maar we mogen er niet onder bezwijken.

Er is een weg, een nieuwe toekomst, voorbij elk prikkeldraad.
    

       
 

ds.Wim Hortensius